De Levende Steen en de levende stenen

Preek over 1 Petrus 2:4-5

“En komt tot Hem, de levende steen, door de mensen wel verworpen, maar bij God uitverkoren en kostbaar, en laat u ook zelf als levende stenen gebruiken voor de bouw van een geestelijk huis, om een heilig priesterschap te vormen, tot het brengen van geestelijke offers, die Gode welgevallig zijn door Jezus Christus.”


Gemeente van Jezus Christus,

Een van de mooie dingen in de bijbel vind ik dat er zoveel in beelden wordt gesproken. En dat er ook zoveel verschillende beelden zijn. Zo wordt de kerk bijvoorbeeld genoemd: een lichaam met vele leden, Gods huisgezin, tempel van de heilige Geest, pijler en fundament van de waarheid. En Christus wordt aan ons voorgesteld met bijvoorbeeld al deze beelden: het Licht, de Zon, de Afdruk van Gods wezen, het Brood, het Water, de Goede Herder, de Deur.

Een van de allermooiste beelden vind ik die van de Wijnstok en de ranken. Jezus zegt in Johannes 15: ‘Ik ben de Wijnstok, u bent de ranken, wie in Mij blijft die draagt veel vrucht.’ Dat is een prachtig beeld uit de natuur. En als we samen nadenken over gemeenteopbouw, dan zou het goed zijn om het eens te hebben over: “Wijnstok-gemeenteopbouw”. Want we kunnen gemakkelijk in een sfeer van doenerigheid terecht komen. Gemeenteopbouw, beleidsplannen, nieuwe structuren, een vernieuwd organisatiemodel, het is maar zo iets maakbaars. Maar gemeenteopbouw is in de naam van Jezus niet maakbaar. Werken aan gemeenteopbouw moet altijd plaatsvinden volgens de principes van de Wijnstok: begin altijd bij Christus, begin altijd bij zijn beloften, begin altijd bij de verbondenheid met Gods Zoon door Gods Geest.

In veel kerken wordt er momenteel gewerkt met een beleidsplan om het gemeenteopbouw-proces aan te sturen. Nu kan ik me bij zo’n beleidsplan twee reacties voorstellen. Aan de ene kant zullen er gemeenteleden zijn die zeggen: Het is allemaal maar papier, er zal toch wel weer niks van terecht komen. Aan de andere kant zijn er misschien ook mensen die denken: Er ligt een prima plan, de uitvoering ervan moet nu alleen nog even goed gemanaged worden. Deze preek wil een handreiking bieden om een derde weg te kiezen.

Ik vat de preek in twee zinnen samen. En daarin proeven we een heel ander beeld dan dat van de Wijnstok. Dat is een beeld uit de natuur. Het beeld uit 1 Petrus is om zo te zeggen een beeld uit de cultuur, de wereld van de bouwkunst.

1. Komt tot de Levende Steen!
2. Laat u zelf als levende stenen gebruiken!

* * *

1. Komt tot de Levende Steen!

Het gaat vanmorgen dus over stenen. Ik vermoed dat de meesten van u bij die stenen uit de brief van Petrus in eerste instantie denken aan keurige rechte stenen. Bakstenen. Want daar worden bij ons de meeste gebouwen van gemaakt (zie ook de stenen voor in de kerk...)

Ik heb over die stenen even wat informatie opgezocht. En zo kwam ik tot de ontdekking dat zulke nette bakstenen onder ingewijden ‘strengpersstenen’ heten. Ze heten zo omdat de klei van zulke stenen eerst tot een lange streng geperst worden en daarna worden ze onmiddellijk in baksteenformaat gesneden. En zo krijg je dan stenen met een gladde, strakke en regelmatige vorm.

Maar er bestaan ook zogenaamde handvormstenen. En de naam zegt het al: dat zijn stenen die met de hand wordt gevormd Tenminste, zo ging het vroeger. De vormer nam dan een hoeveelheid klei, en gooide die in een houten bakje dat vooraf met zand was bestrooid. Daarna drukte hij de klei aan, verwijderde de overtollige klei van de randen en draaide de vorm om zodat de ongebakken steen uit de vorm gleed. Elke steen was uniek. Zo kennen we dat ook wel uit de bijbel, dat er bijvoorbeeld van leem en stro stenen werden gemaakt.

Daarnaast had je in de tijd van de bijbel ook gebouwen die werden gemaakt van stenen uit een steengroeve. Een huis van rotsblokken dus eigenlijk. En je kunt je voorstellen dat die stenen een nog veel onregelmatiger vorm hadden dan handvormstenen.

* * *

Nu, als Petrus het dan heeft over stenen, dan moeten we in die richting denken. Hij noemt Christus dus de Levende Steen. En dat is eigenlijk een beetje raar, natuurlijk, want als er iets zo dood is als een pier, dan is dat wel een steen. Maar het is beeldspraak, en beeldspraak, dat klopt niet altijd precies. Christus wordt vooral de Levende Steen genoemd omdat Hij dood is geweest en weer is opgestaan. Christus is de dode die weer leeft in eeuwigheid. De Lévende Steen.

En Hij heet ook de Hoeksteen. En dat is een heel belangrijke steen. Als je een huis moet bouwen van stenen die een onregelmatige vorm hebben, dan moet je natuurlijk wel zorgen dat je in ieder geval in de hoeken, als fundament, goed gevormde stenen hebt die de twee muren netjes met elkaar verbinden. Nu, zo’n hoeksteen werd door de bouwvakkers uit de tijd van de bijbel altijd heel zorgvuldig uitgekozen. Ze bekeken verschillende stenen heel goed. ‘Zou dat een goede hoeksteen kunnen zijn?’ ‘Nee, dat is drie keer niks. Die is niet bruikbaar.’ En dan gooiden ze die steen aan de kant, of als die steen wat groter was, dan lieten ze die liggen waar die lag.

Dat beeld wordt nu toegepast op de Here Jezus. Hij is een afgekeurde hoeksteen. Wat heb je nou aan zo Iemand? Zo’n Zwakkeling? Die gekruisigd wordt? Die niet heerst maar dient? Die zichzelf verloochent? Nee, aan zo iemand heb je niks, denken de mensen. En zo wordt de Here Jezus verworpen. Afgekeurd. Deugt nergens voor.

Maar het is juist die afgekeurde steen die God uitkiest om de Hoeksteen te worden. Wat in de ogen van mensen verwerpelijk en nutteloos is, past in de architectuur van Gods Huis juist buitengewoon goed! Deze Levende Steen, opgewekt uit de dood, is de Hoeksteen van Gods bouwwerk op aarde.

Zo schrijft Paulus daar ook over in de brief aan de Efeziërs hoofdstuk 2 vers 20 tot 22: ‘Jezus Christus is de Hoeksteen, in Hem wast elk bouwwerk, goed ineensluitend, op tot een tempel, heilig in de Here; in Hem worden de gelovigen mee gebouwd tot een woonstede Gods in de Geest.’

* * *

Gemeente zijn en gemeenteopbouw begint dus bij de Hoeksteen. Christus. En daarom roept Petrus ons toe: Komt tot de Levende Steen! Sluit je aan bij Christus. En dat is dus niet de meest voor de hand liggende weg om te gaan. Want Christus is ook een steen des aanstoots en een rots der ergernis. En talloze mensen stoten zich aan Hem. Wat moet je nou met Christus, zo’n waardeloze steen!

Maar onze God in de hemel leert ons daar anders naar kijken. Voor Hem is Christus uitverkoren en kostbaar. Je proeft in die woorden de liefde van God voor zijn Zoon. We kijken Hem als het ware in het hart. God kiest voor Christus. Dat wordt de Hoeksteen voor zijn gebouw op aarde. Een kostbare steen met enorm veel draagkracht.

Maar dat straalt er niet direct vanaf. Christus is de Gekruisigde. Gods kracht werd in die zwakheid zichtbaar. En je moet dus leren om door die zwakheid heen te kijken. En dan merk je door de Geest Gods kracht op. En dat is ook heel belangrijk als het gaat om gemeenteopbouw.

Dat woord ‘gemeenteopbouw’, of ‘levende gemeente zijn’ staat níet voor een succesverhaal, voor een gladde, gepolijste kerk waar alles op rolletjes loopt. Kerk zijn, levende gemeente van Christus zijn, staat altijd ook in het teken van dat kruis van Christus. En dat kruis staat voor zelfverloochening, het staat voor dienstbaarheid, het staat voor de minste willen zijn. Dat zijn kenmerken van een levende gemeente. Geen succesverhaal, maar het verhaal van het kruis van Christus.

Maar dat is wel een heel krachtig verhaal. Want in Christus is de dood overwonnen. Christus is gestorven voor de zonde. En Christus deelt ook zijn Geest uit. En door Hem is het mogelijk om gehoor te geven aan die oproep: Komt tot de Levende Steen! Sluit je aan bij Christus.

En die oproep klinkt hier in deze kerkdienst, ook heel concreet voor u: voor u allemaal samen, en voor u ieder persoonlijk. Komt tot de Levende Steen! Daar begint het mee. Het begint bij Jezus. Christus Centraal. En dat betekent nog niet eens allereerst dat wij Christus centraal moeten stellen: dat doet God Zelf. God Zelf stelt Christus centraal. Christus is bij God uitverkoren en kostbaar.

Een tijd geleden stond er in de krant (ND) op een artikel van een van de redacteuren. Een van zijn waarschuwingen was deze: ‘Wacht u voor de eenzijdigheid.’ ‘Het evangelie is veel te hoog en te breed en te diep om zich op een stuivertje te laten samenvatten.’ ‘Er is een groot gevaar dat christenen steeds weer bedreigt: dat ze van Gods Woord een ‘one issue-evangelie’ maken: ‘Gods Geest werkt’, ‘Christus centraal’, ‘het kruis’, ‘de kerk’, ‘het verbond’, ‘Israël’, of wat men ook als item naar voren heeft geschoven.’

Als ik eerlijk ben, dan schrik ik een beetje als ik in dat rijtje ook zo zonder meer de naam van Christus zie staan. Christus als één van de issues in het evangelie... Christus als item dat naar voren wordt geschoven... Als het ware een trend...

Broeders en zusters, we hebben inderdaad geen ‘one issue-evangelie’. Nee! Maar we hebben wel een ‘One Person-evangelie’, een evangelie waarin één Persoon centraal staat: en dat is Jezus Christus. En als we dat ontdekken - als we Hem ontdekken als het centrum, dan valt alles op zijn plaats, dan leren we God pas echt kennen. Als de Drie-enige, Vader, Zoon en Geest. Dan leren we de kerk zien als lichaam van Christus. Dan leren we het verbond lief te hebben omdat Jezus er de Middelaar van is die ons in een persoonlijke relatie met de Vader brengt. Dan worden we stil aan de voet van het kruis waar Hij stierf voor onze zonden. Dan krijgen we ook voor Israël als het volk waaruit onze Heiland is geboren.

Christus is maar niet ‘one issue’ uit het evangelie. Christus is het evangelie. Christus is het Evangelie in hoogst Eigen Persoon. Christus is het Woord van God. In Christus vinden we Gods onnaspeurlijke rijkdom.

Er wordt wel eens een soort tegenstelling gemaakt tussen het Woord van God (en dan denken we al snel aan de bijbel) en Christus. Maar wat is nu de essentie van het Woord van God? Dat is dit: dat God spreekt en dat Hij zegt: Kijk naar mijn Zoon, hoort naar Hem, geloof in Hem, komt tot Hem!

En zo luidt het Woord van God vanmorgen voor u allemaal: Komt tot de Levende Steen. De Hoeksteen. Gods Lievelingssteen. Dat is Christus: Gods Lievelingssteen. Zo kostbaar. Zo uitverkoren. Zo zorgvuldig opgezocht en gegeven.

En dat is het begin van alle gemeenteopbouw. Dat we komen tot Christus. Dat we bidden om de vervulling van Christus’ beloften: dat we één zijn, dat we liefdevol zijn, dat we elkaar dienen, dat we elkaar bemoedigen, dat we een familie vormen, Gods familie op aarde.

* * *

2. Laat u zelf als levende stenen gebruiken!

En dan nu het tweede. De basis is gelegd: een kostbare Hoeksteen. Maar dan gaat het ook nog verder. Want de Heilige Geest van Christus wil ook ons opwekken tot levende stenen.

En daarom roept Petrus ons ook het volgende toe: Laat u zelf als levende stenen gebruiken! Ja, leden van de gemeente van Christus worden genoemd naar hun Heer. Zoals Christus Levende Steen heet, zo mogen ook wij levende stenen heten. En zoals de Ene levende Steen door God is uitverkoren, zo zijn ook wij als leden van de gemeente uit genade uitverkoren door God om zijn gebouw op aarde te vormen. Uitgekozen dus om levende stenen te zijn. En dat word je door je aan te sluiten bij de levende Hoeksteen. Als je met die steen in aanraking komt, word je levend.

Hier in de kerk zitten dus allemaal levende stenen. Tenminste als je Christus aanneemt als je Verlosser en als je je door Hem laat leiden, dan ben je een levende steen. En er zitten een boel verschillen tussen deze stenen. We zijn geen stenen met allemaal dezelfde gladde, strakke en regelmatige vorm: strengpersstenen. Nee, we zijn handvormstenen, allemaal uniek gemaakt door de Schepper. Allemaal met een eigen karakter, met eigen mogelijkheden en onmogelijkheden.

Ja, en dan denkt u misschien wel: ‘er zitten ook een paar stenen tussen die ik nooit had uitgekozen; ze lijken me onbruikbaar; ze passen niet.’ Blijkbaar denkt de Here God daar anders over. Iedereen in de gemeente, klein of groot, man of vrouw, jong of oud, wordt geroepen om voor de bouw van Gods huis een levende steen te zijn. Elke steen is er één! Dat moeten we in elk geval onthouden, willen we werkelijk levende gemeente zijn: elke steen is er één!

Je hebt oude stenen, jonge stenen, kleine stenen, grote stenen, de kleuren verschillen, de karakters van de stenen verschillen. Maar wat voor steen je ook bent, door Gods genade mag je een levende steen zijn. Elke steen is er één! En God wil je gebruiken voor de bouw van zijn huis tot levende gemeente. Láát u gebruiken! Let erop dat het de Heer van de kerk zelf is die dan aan het werk is, door u heen. Stel u beschikbaar. ‘Here, hier ben ik. Laat u maar zien wat ik in de naam van Jezus kan doen om te bouwen aan het geestelijke huis.

Hoort u die oproep van vanuit het Woord van God? Laat u zelf gebruiken als levende stenen!

* * *

En dan verschuift in vers 5 het beeld een beetje en gaat Petrus spreken over een heilig priesterschap. Al die levende stenen zijn heilige priesters. En de priester kennen we wel uit het Oude Testament. Hij moet in de tempel offers brengen. Schuld-offers, zondoffers, brandoffers. En als vervulling van al die offers heeft de Here Jezus Zichzelf geofferd als de enige Hogepriester. En dan zegt de Catechismus in Zondag 12: ‘ik word christen genoemd om als priester mijzelf als een levend dankoffer aan Hem te offeren.’ Zo zijn de levende stenen van Gods bouwwerk op aarde priesters die zichzelf als levende dankoffers aan Christus offeren.

Ja, en bij het brengen van offers denken we vaak aan iets wat we maar moeilijk vinden, waar we tegenop zien, waar we geen plezier aan beleven. En dat is ook wel eens zo. Je steentje bijdragen aan de gemeente dat vraagt ook om zelfverloochening, om kruisdragen. Logisch. Want wie zich laat voegen naar de Levende Hoeksteen, zal ook op die Steen gaan lijken. Wij zijn niet meer dan onze Heer! Als je achter een Gekruisigde aangaat, zul je ook zelf moeten leren wat kruisdragen is. En je zult ook ontdekken wat je daar een boel vreugde aan kunt beleven!

Want als je werkelijk op Jezus Christus gaat lijken, dan zul je ook hoe langer hoe meer merken dat het brengen van levende dankoffers iets is waarvan je gaat genieten. Christus wilde ook niets liever dan Zichzelf geven, dan Zichzelf offeren voor Gods kinderen. Dat was wel moeilijk (denk aan het gebeuren in Getsémané), maar tegelijk wilde Hij het ook graag. ‘Het is mijn spijze te doen de wil van Hem die Mij gezonden heeft.’

In de navolging van Christus, door de kracht van zijn Geest kan dat werkelijkheid worden in je leven. Dat je je met plezier laat gebruiken als levende steen voor de bouw van Gods huis.

* * *

Ik wil het tenslotte nog wat concreter maken. Laat u gebruiken als levende stenen. Straks na de dienst wordt er een u allemaal een kaart gegeven, met op de voorkant hetzelfde beeld als op het beleidsplan dat we afgelopen donderdag besproken hebben. Op de achterzijde staat dit: ‘Ik wil me laten gebruiken als levende steen! Ik doe dat door...:’. En dan kunt u invullen wat uw bijdrage is aan het gemeentezijn. Hoe u zich wilt laten gebruiken als levende steen voor de bouw van een geestelijk huis. U hoeft dat kaartje vervolgens niet in te leveren of zo. Het gaat om een (vernieuwde) persoonlijke toewijding voor Gods aangezicht: ‘Here, door middel van deze taak wil ik me als levende steen laten gebruiken voor de bouw van uw huis!’

Ik geef even een paar voorbeelden van wat u zou kunnen opschrijven:

1. Ik wil intensiever voor de gemeente bidden: dat we mogen groeien in Genade, Gemeenschap en Getuigenis.
2. Ik wil als ambtsdrager ook werkelijk doen wat er in het beleidsplan staat, speciaal dat wat aan mij is toegewezen.
3. Ik wil me inzetten voor de kinderen van de kerk, dat ze Jezus leren kennen door de dingen die we in de kinderbijbelclub doen.
4. Ik wil regelmatig een bezoekje brengen bij die oudere broeder of zuster bij mij in de buurt.
5. Ik wil samen met anderen praten over contacten op mijn werk en in mijn buurt met mensen die Christus nog niet kennen en dat ga ik organiseren.
6. Ik wil vaker aan anderen iets vertellen over hoe ik mijn geloof beleef.
7. Ik wil veel energie steken in en inspiratie ontvangen uit de kleine groep waarvan ik deel uitmaak.
8. Ik wil een goed boek over bidden lezen en daar met anderen over praten.
9. Ik wil steeds meer ontdekken wat het betekent om Christus Centraal te stellen in mijn leven en in de gemeente.

Schrijf dat nu eens op. Niet in een sfeer van doenerigheid: er moet wat gebeuren! Maar is de sfeer van gebed en verlangen: ‘Here, u wilt ook door mij heen uw gemeente bouwen. Laat me zien hoe U dat wilt doen.’ Dat is concreet! We kunnen niet de kerk verlaten vandaag en zeggen: ‘dat was mooi om weer te horen: dat gelovigen levende stenen worden genoemd in de bijbel.’ Wees niet alleen hoorders maar ook daders van het Woord!

Nog één keer: Komt tot de Levende Steen, Gods Lievelingssteen! Daar begint alles. Oftewel: Blijft in Mij! (Johannes 15). En laat u gebruiken als levende stenen - in de handen van de Geest! En u zult veel vrucht dragen! We zullen als gemeente veel vrucht dragen!!

Laten we bidden...

 

Liturgie

Psalm 127
Psalm 15:1
Tien Woorden
Psalm 15:4
Gebed: verootmoediging, vergeving, vernieuwing
Schriftlezing: 1 Petrus 2:1-10
Psalm 118:8,10
Preek over 1 Petrus 2:4-5
Gebed
Lied 320 (staande)
Voorbeden
Collecte
Gezang 27:1,2,4,5,6,9