1. Wat roept het in jou op als je aan het eind van de dienst de zegen ontvangt? Voelt het als afsluiting, als belofte, als bemoediging of misschien iets anders?
  2. Welke van de drie zinnen in de zegen raakt jou het meest, en waarom? (Gods zegen en bescherming – zijn licht en genade – zijn gelaat en vrede)
  3. Wat betekent het voor jou dat Gods blik vriendelijk is, dat Hij je vriendelijk aankijkt? Hoe ervaar jij de kracht van gezien worden door God?
  4. ‘De zegen is niet het einde, maar een nieuw begin.’ Hoe zou jouw leven er anders uitzien als je dagelijks zo’n nieuw begin zou beleven?
  5. In de zegen klinkt de Naam van God drie keer. Wat betekent het voor jou dat God zijn Naam verbindt aan jouw leven? Welke rol speelt die Naam in je dagelijkse bestaan?
  6. De zegen belooft vrede (shalom). Wat betekent vrede voor jou? En hoe ervaar je dat in je lichaam, je hart, je relaties?
  7. De preek legt een verbinding tussen de zegen en de doop. Hoe helpt jouw doop jou om Gods zegen en nabijheid te vertrouwen?
  8. Hoe zou het zijn als jij zelf ook een zegenend mens wordt? Aan wie zou jij deze week tot zegen kunnen zijn – met woorden, aanwezigheid of daden?
  9. De priesterzegen wordt kunstig, ritmisch en zorgvuldig uitgesproken. Wat doet het met je als je beseft dat woorden waarmee God je zegent zo met zorg en schoonheid gekozen zijn?
  10. Welke beelden uit de preek – zoals de golf, de oase, het stralende gezicht, de drie kleuren – blijven bij jou hangen? Wat zeggen die beelden jou over wie God is?

Terug naar de preek